Hendrik

Verlegen

In zichzelf gekeerd en verstild presenteert zich het staand vrouwelijk figuur op het schilderij. In een omgeving die bestaat uit een aantal uiteenlopende en in elkaar overgaande zachte kleurvlekken. Over de onderste helft is losjes een laag blauw aangebracht waardoor de associatie met een baadster ontstaat. Met ontbloot bovenlijf, dat nooit zon zag of helder verlicht en daardoor kwetsbaar ogend houdt zij met gebogen armen voor de borst haar handen onder de kin. Door dit gebaar beweegt het oog van de kijker tussen de buik beneneden naar het hoofd boven, waar de lichtval net iets meer is ingewerkt. De haarpartij bestaat uit wat grotere platte, collageachtige vormen en isoleren daarmee het gelaat. Iets vergelijkbaars gebeurt met de aflopende lendendoek onder de buik.

80 x 60 cm
Olieverfschilderij op linnen

Einde winter 2020